AQ’s verhalenwedstrijd: Slokje op…

pin up glass

Ik werd met een knallende hoofdpijn wakker. Droge mond, dorst. Ik opende mijn ogen en struikelde naar de badkamer en hield mijn hoofd onder de kraan. Gulzig dronk ik zoveel water als ik kon. En deed een plas. Ik rook de alcohol in mijn urine en de zenuwuiteinden van mijn urinebuis stuurden een brandalarm naar mijn hersenen. Ik voelde hoe mijn maag zich wilde omkeren; ik stak een vinger in mijn keel. Nu nog even tanden poetsen en douchen.

Ik ruimde de rommel op en bakte twee eieren. Kapotte dooier, aan twee kanten gebakken. De telefoon rinkelde. Ik nam niet op; mijn keel voelde als schuurpapier en bovendien had ik een antwoordapparaat. Ik beluisterde het bericht meerdere malen. Het was een zacht gehijg, waarschijnlijk van een mevrouw. Ik wiste het bericht. Wat een muts.

Ik wilde net beginnen aan mijn eerste borrel om de alcohol van gisteren weg te spoelen toen de telefoon weer ging. Ik nam op en hoorde weer dat gehijg. Hallo? Ik hoorde een voorzichtige klik. De muts had opgehangen. Ik sloeg mijn borrel achterover en nog een. En nog een. Daar word je weer mens van.

HELP
Het geklop op de deur maakte me wakker. Ik keek op de klok. Wie had mijn middagdutje verstoord? Ik strompelde naar de deur en keek door het gaatje. Niemand. Ik wilde me op de bank laten vallen om verder te gaan dutten maar er werd weer geklopt. Dit keer harder. Veel harder. Ik deed de deur open. Weer niemand. Daar was dat gehijg weer. Hallo?

Ik sloot de deur. Nam een borrel en nog een. Nu nog een Irish coffee. Ik sloot mijn ogen. Tijd voor een dutje. Maar ik hoorde dat gehijg weer. Ik besloot dat het een delirium was en beloofde mezelf binnenkort te stoppen met drinken. Na het weekend of zo. Maar nu hoorde ik niet alleen dingen, ik voelde nu ook iets. De rits van mij broek werd naar beneden gedaan. En de knoop van mijn broek werd losgemaakt.

Opeens was ik klaarwakker. Er werd in mijn kruis gegraaid. Geknepen. Aan mijn lul gezogen. Ik zag niets of niemand. Ik hoorde alleen dat gehijg. Ik werd door een entiteit verkracht. Ik raakte in paniek. Ik voelde dat er een hoogtepunt op komst was. Een hoogtepunt die ik absoluut niet wilde. HELP!

Geklop
Maar ik kreeg een orgasme. Eindelijk zag ik wie mij tot een orgasme dwong. Een afzichtelijke entiteit had de liefde met mij bedreven. Ik voelde me misselijk worden. En ik hoorde hoe ze zachtjes hijgde. Ik zag hoe mijn zaad uit haar geslachtsorgaan droop. Ik moest braken van wat ik zag.

Ik nam een lange douche. Ik voelde me vies en verkracht, aangerand. Mijn zaad in dat afzichtelijke wezen. Ik deed schone kleren aan en ruimde de rommel op. Ik nam een glas water. En een borrel en nog een. Ik voelde me wat beter. Nog maar een borreltje. Voor ik het wist was ik weer in slaap gevallen.

Tot mijn opluchting hoorde ik niets meer van die heks. Geen telefoontjes, geen geklop. Ik besloot het stoppen met drinken voorlopig nog even uit te stellen. Zoveel zoop ik nu ook weer niet.

Levercirrose
De tijd verstreek en ik moest stoppen met drinken van de dokter. Suikerziekte en levercirrose. Ik was bezig een naald in mijn buik te prikken om mezelf wat insuline toe te dienen. De telefoon ging. Gehijg door het antwoordapparaat. Ik vloekte en tierde. Even later ging telefoon weer. Ik nam op. Weer dat gehijg. Godverdomme!

Er werd aan de deur geklopt. ik keek door het gaatje. Niemand. In dolle razernij rende ik naar de keuken en graaide ik mijn grootste vleesmes uit de lade. Daarna rende ik naar de deur. Ik keek nog eenmaal door het gaatje. Niets. Ik opende de deur. Zwaaide als een wilde met mijn vleesmes.

Hallo? Ik keek naar beneden. Ik zag een kind. Een afzichtelijk kind. Hallo pa? Ik voelde hoe een paniek zich van me meester maakte. Ik liet haar binnen. Samen met haar monsterlijke moeder. Ik zag geen andere oplossing dan mijn dochter te doden. Ik stak haar en ik stak haar. Tot het leven uit haar geweken was. Ik had mijn dochter vermoord.

Hel
Ik hoorde gehijg. En ik hoorde mijn dochter ‘hallo pa?’, zeggen, dank je wel. Mijn dochter bedankte me omdat ze nu net als haar moeder was. Ik voelde hoe het vleesmes in mij gestoken werd, en nog eens en nog eens, tot ik dood was. Mijn dochter wilde mij ook bij haar, voor eeuwig.

Ik woon nu samen met mijn dochter en mijn afzichtelijke geliefde die mij dwingt tot orgasmes, keer op keer. Ik heb geen suikerziekten en levercirrose meer, maar mijn dood is een hel want er is ook geen alcohol voorhanden om mijn leed te verzachten.

DeFrysk