Papegaaien

jules-emile-santin

Jules-Émile Saintin

Door het taalgebruik van politici ben ik tot de conclusie gekomen dat het goed afgerichte en zindelijke papegaaien zijn. Als je een paar keer ‘Lekkerrr!’ tegen een papegaai zegt zal hij of zij het na een aantal keer terug beginnen te schreeuwen. Zo gaat het politici ook. De een gebruikt een bepaalde zinsbouw en je kunt er vergif op innemen dat dit door velen wordt overgenomen.

In de jaren zeventig kwam ‘Het is toch van de gekke!’ in zwang, een zin die door de destijds razend populaire Indiaan Klukkluk uit de televisieserie Pipo de Clown werd uitgesproken. Dus dan kreeg je zinnen als ‘Het is toch van de gekke dat die kernraketten niet eens op Nederlands grondgebied geplaatst kunnen worden’. Daarna volgde het licht gepijnigde ‘Het kan toch niet zo zijn dat… *blaatleuter*’. Er sprak wanhoop uit. Waar die zin vandaan kwam weet ik overigens niet. Iemand in de Tweede Kamer gebruikte het op een dag en, nou ja, de rest is geschiedenis.

Krassen in het gezicht
Weer later begonnen de dames en heren politici ineens piketpaaltjes uit te zetten. Waarom ze dat deden weet niemand. Zij zelf ook niet, maar het klonk goed. Vervolgens gingen ze in de beste traditie van Hannibal Lecter elkaars nieren proeven. De geschiedenis vermeldt niet of er daar een goede Chianti bij geschonken werd.

En nu, in 2017, heeft iedereen ineens krassen in het gezicht. ‘U ziet de krassen in mijn gezicht van alle dingen die ik niet heb kunnen waarmaken’ zei Rutte dramatisch tijdens een debat. Er was volgens mij niets te zien. Hooguit wat pokdaligheid, restanten van een puistige puberteit. Maar geen enorme jaap over de wang, zoals je die bij Duitse studenten ziet na een duel met een floret. Donderdagavond tijdens de uitzending van Pauw en Jinek kwam Wouter Bos wat nadere uitleg geven bij het meer dan stevige verlies van de PvdA. En ja hoor, verdomd, ook híj had krassen in zijn gezicht. Of een partijgenoot, dat weet ik eigenlijk niet meer.

In het kader van dit papegaaiengedrag zou het best handig zijn om in plaats van stoelen grote vogelkooien in de Tweede Kamer neer te zetten. Vanuit die kooien kunnen de politici op een stokje staand naar elkaar schreeuwen. En als we het geschreeuw zat zijn kunnen we, net als bij Lorre en Koko, gewoon een handdoek over de kooi gooien. Ik zie mogelijkheden.

Rebecca

rebecca[at]aichaqandisha.nl