Schrijfster Mira Feticu debuteerde in Roemenië met een dichtbundel en volgde vervolgens de liefde naar Nederland waar haar boek ‘De Ziekte van Kortjakje’ werd uitgegeven. In mei van dit jaar komt bij de kleine en sympathieke uitgeverij Jurgen Maas haar nieuwe boek uit over de beruchte roof in de Rotterdamse Kusthal.
Mijn favoriete filmscène is… In een film die ik twintig jaar geleden heb gezien, zit een scène die ik niet meer kan vergeten: het hoofdpersonage in Oedipus Rex van Pasolini staat bij een kruising en weet niet welke richting hij moet kiezen: op alle pijlen staat Theba. Het idee dat je wherever you go you’ll meet your destiny spreekt me aan. ‘Het ontwijken van het lot betekent de vervulling ervan’, zeiden de oude Grieken immers. Die scène was als het ware voor mij gefilmd. Ik weet niet of het mijn favoriete scène is, maar hij maakt nu wel deel uit van mijn persoonlijke mythologie.
Als ik Pasolini’s film niet had gezien, zou mijn antwoord op je vraag luiden: een scène uit Black Cat, White Cat van Emir Kusturica.
Ik wil ooit nog eens naar… Ooit wil ik naar Capri, San Michele. Alle ontmoetingen met een boek zijn gelukkige ontmoetingen en in mijn kindertijd heb ik een heel bijzondere ontmoeting gehad met ‘Het boek van San Michele’ van Axel Munthe, een boek dat mij heeft opgevoed. Ik zou graag willen lopen op de plekken waar dr. Munthe groot deel van zijn leven heeft doorgebracht en waar zijn personages thuis zijn.
Mijn toilettas is niet compleet zonder… Mijn toilettas is niet compleet zonder… Mijn toilettas is altijd (in)compleet. Ik hou niet van opmaken. Mascara gebruik ik alleen als ik moet optreden. Dat is alles.
Mijn ergste miskoop is… Een duur koffieapparaat. Een half jaar na aankoop ben ik gestopt met koffiedrinken en het apparaat weigert dienst als ik een kopje koffie voor gasten wil zetten.
Het lekkerste wat ik ooit geproefd heb is… Brood is het lekkerst voor mij. Het brood waarvoor ik gedurende mijn hele kindertijd in rijen heb moeten staan, of het nu zomer was of winter… altijd een half brood per persoon, op de bon. Het eten van warm brood, Turks brood, Italiaans brood, Naanbrood geeft mij altijd het gevoel van rijk zijn, van alles hebben, van zeker geen honger lijden.
Ik was het gelukkigst toen… Verschillende dingen maken mij gelukkig: het verschijnen van een nieuw boek (mijn derde boek, over de Kunstroof in Rotterdam verschijnt in mei bij Jurgen Maas), mooie momenten met mijn man, de uitnodiging om mee te doen met Writers Unlimited… Maar het gelukkigst ben ik als ik zie dat mijn kind gelukkig en gezond is.
Ik heb het meeste spijt van… Ik heb het meest spijt van het feit dat ik me soms enorm erger aan bepaalde dingen, dat ik niet wat minder geïmpliceerd ben, dat ik moeilijk afstand kan nemen van dingen die mij raken. Ik heb er (soms) spijt van dat ik me nog steeds erger aan arrogantie en hypocrisie, dat mijn reactie op arrogantie spontaan is als een eruptie. En als ik eenmaal begin, kan ik niet meer stoppen. Soms heb ik het gevoel dat ik net een politiehond ben, niet getraind op drugs, maar op hypocrisie en arrogantie.
Ik ben niet bijgelovig, maar… Haha, ik ben juist wel heel bijgelovig! Ik ben een levend handboek voor bijgelovigen. Mijn man en mijn dochter wennen er moeilijk aan, soms lachen ze me uit, soms worden ze juist gek van mijn bijgeloven. Bijgeloof is voor mijn cultuur wat siroop voor een taartbodem is. Ik zeg niet dat het niet idioot is, af en toe.
Mijn grootste onhebbelijkheid is… Als je met modderschoenen in mijn ziel stampt, bijt ik heel erg. Brutaliteit beantwoord ik ook met brutaliteit. Als kind in Roemenië, thuis en later in een internaat, heb ik geleerd om te vechten. En je denkt dat je op alles voorbereid bent. Maar in Nederland moest ik opnieuw leren vechten. Op een andere manier, maar het is nog steeds vechten. Voor anderen is dat niet altijd prettig.
Ik lieg altijd over… ‘Het komt wel goed’. ’s Nachts, als ik niet kan slapen, zeg ik ook de gebruikelijke Nederlandse leugen ‘het komt wel goed’. Maar het komt niet altijd goed. Waar zijn we mee bezig? Als je ernstig ziek bent, komt het niet goed; als een dierbare overlijdt, komt het nooit meer goed; op het moment dat je dit gesprek leest, gaan er kinderen dood aan misbruik en honger, vaders en moeders gaan dood, meisjes worden elke nacht in bed verkracht, in het donker. Met veel van ons komt het niet meer goed. Maar uiteindelijk val ik in slaap, wetend dat ‘het komt wel goed’ een leugen is.
Ik kan me niet beheersen als… Ik kan me niet beheersen in een taartenwinkel en bij een bloemist. En ook niet als ik het gevoel heb dat iemand, in mijn nabijheid, incorrect behandeld wordt.
Ik zou mijn geliefde dumpen voor… Het woord heeft niets te maken met mijn geliefde.
hassnae[at]aichaqandisha.nl