Om de tweede verjaardag van Vogue Arabia te vieren, heeft het blad een ode aan Arabische ontwerpers uitgebracht in een vrolijk filmpje met Arabische sterren en onder de hashtag #BuyArabDesigners. Te midden van alle politieke onrust die de Arabische regio al decennia verlamt, hebben de Arabische ontwerpers zich op de puinhopen van de politiek omhoog weten te werken en een internationaal publiek veroverd. Let maar eens op de vele rode lopers, het zijn namen als Elie Saab en Zuhair Murad die het vaakst klinken als sterren wordt gevraagd wie ze dragen.
‘Tja, mode’, kun je dan verzuchten, maar de betekenis hiervan is niet gering. Ik heb er al eens eerder over geschreven, het gebrek aan zelfliefde in de Arabische wereld dat zich vertaalt naar een hang naar internationale erkenning, een gretigheid voor alles wat Westers is en een diepe minachting voor de eigen talenten. Dat zie je met name in de Golfstaten waar ze al te graag buitenlandse kunstenaars en architecten fêteren. De Iraaks-Britse architect Zaha Hadid was daar uitgesproken over.
Arabische artiesten hebben altijd verlangd naar internationale erkenning. Terecht, overigens, zoals het Arabische publiek Westerse sterren kent, zouden Europa en de Angelsaksische wereld ook eens wat vriendelijke aandacht kunnen besteden aan de talenten elders. Druppelsgewijs komt daar al jaren verandering in dankzij Arabische acteurs in internationale producties, zangers zoals Khaled met wereldhits, regisseurs als Nadine Labaki en Nabil Ayouch en vele anderen.
Onschatbare waarde
Maar de erkenning zou thuis moeten beginnen. Daar waar het talent ontsproten is. En dat maakt de Arabische ontwerpers (en wanneer ik Arabisch schrijf, bedoel ik de Arabische wereld met al haar culturele en etnische diversiteit) zo bijzonder; het ogenschijnlijke gemak waarmee zij internationaal doorbreken met behoud van de eigen identiteit, is hoopgevend.
Het begon allemaal met de vader van de Libanese couture, Elie Saab, die terwijl de oorlog woedde in zijn land als jongeman kleding ontwierp voor vrouwen die ondanks de bommenregen en lelijke verwoesting hun vrouwelijkheid en levenslust vierden. Saab was de eerste Libanese en Arabische couturier die internationaal doorbrak en in Rome en Parijs zijn couture presenteerde. Hij maakte het pad vrij voor collega’s en de jonge generatie en overal in de verschillende Arabische landen zie je nu een toegenomen interesse voor lokaal en nationaal talent en internationale waardering voor Arabische ontwerpers.
Er werd vroeger gezegd dat de Arabische wereld niks te bieden had, maar dat was altijd al onzin en nu nog meer. Mede dankzij de ontwerpers die hun cultuur en de politieke uitdagingen in hun werk meenemen en die vertalen naar draagbare esthetiek. Ze doorbreken barrières en grenzen met japonnen waar vrouwen van dromen, parfums die verleiden en een alternatieve realiteit die gevuld is met schoonheid en liefde in plaats van onderdrukking en verdeeldheid.
Mode, ja. Het is slechts mode. Maar het sentiment dat hiervan uitgaat, de trots waarmee het mensen vervult, de opties die het mensen geeft om een ander verhaal te vertellen, een ander voorbeeld te volgen, talent te verkennen en voldoening te vinden in wat hen vormt in plaats van afkeer te voelen voor waar ze vandaan komen, is ongekend.
Het is van onschatbare waarde voor een daadwerkelijk andere realiteit die niet bepaald wordt door corrupte politici en conservatieve geestelijken, maar door mensen. Kwetsbare mensen met dromen en verlangens, tekortkomingen en onzekerheden. Geen scherpslijpers, maar mensen die fouten maken, spijt kennen en empathie voor de ander. Met humor en zelfspot. Mensen die in verschillen rijkdom zien in plaats van een bedreiging. Mensen dus. Gewone mensen.
info[at]aichaqandisha.nl