Afgelopen dinsdag 9 mei heeft Marrakech afscheid genomen van ingenieur Malika Belkouadsi, een van de pioniers in Marokko die een plek wist te veroveren in een door mannen gedomineerde sector. Malika trad als een van de eerste vrouwen toe tot de Marokkaanse Rijksdienst voor Electriciteit en Drinkwater (ONEE) en in 2003 werd ze de eerste vrouwelijke, regionale directeur van het Nationale Waterschap.
Malika zag je niet op de covers van bladen of voorpagina’s van kranten. Ze stond niet vooraan bij vrouwenmarsen, je hoorde haar niet scanderen. Ze was een stille kracht die dankzij haar professionaliteit en kwaliteiten haar plek veroverde en baanbrekend werd verrichtte. Ze was een professional die liever in de luwte werkte en, zonder al te veel kabaal, muren afbrak, grenzen verlegde en zo, zonder in het oog te vallen, voor heel veel vrouwen na haar de weg vrijmaakte.
Reislustige levensgenieter
Samen met haar zus Souad was Malika een van de beste vriendinnen van mijn zus Aïcha. Ik ontmoette haar voor het eerst toen ik een jaar of dertien, veertien was en bij mijn zus op vakantie ging. Ze woonde toen al, in het Marokko van de jaren tachtig, alleen als vrouw.
Met de jaren leerde ik haar kennen als een harde, serieuze werker, een aangenaam progressieve geest en een reislustige levensgenieter. Maar bovenal als een buitengewoon innemende vrouw. Toen we mijn moeder in Oujda gingen begraven, belden Malika en Souad in de ochtend plots aan. Ze hadden de nacht gereisd om op tijd voor de begrafenis te zijn.
Ze was nog maar kort met pensioen, had nog zoveel plannen om uit te voeren en dromen om na te jagen. Na een kort ziekbed in het ziekenhuis moesten haar familie en dierbaren deze week echter onverwacht afscheid van haar nemen. Veel te vroeg. Veel en veel te vroeg, ik had haar nog zoveel bijzondere plannen en reizen gegund.
Malika laat geen kinderen achter, maar een grote familie en talrijke mensen wier leven ze geraakt en blijvend verrijkt heeft.
Malika Belkouadsi (1958-2023).
info[at]aichaqandisha.nl
Een reactie op “I.M. Malika Belkouadsi”