Dagenlang staarde ik naar een wit scherm. Steeds als ik dacht ‘Ja! Nu heb ik het’, was het toch niet goed, was iemand me net voor of haalde de actualiteit me weer in. Bovendien kwam alles me banaal voor. Waar moet je over schrijven als er twaalf mensen dood zijn en iedereen zich daar als een meute hongerige wolven op stort? Iedereen was ineens Charlie, maar wel een Charlie met motieven. En de meeste motieven waren op z’n zachtst gezegd niet zo fris.
Heel even was ik zelf ook Charlie. Maar al na vijf minuten zag ik dat het totaal niets meer voorstelde. Het ging niet over Charb, Wolinski en al die anderen: bijna iedereen betrok het op zichzelf. Marginale figuren schreven op twitter dat zij nu ook niet meer veilig waren. Matthijs van Nieuwkerk zei jankerig dat hij bang was op de fiets. De oorlog werd verklaard en de dood aan de nuance. Een zielige figuur twitterde naar mij ‘Morgen kan ik aan de beurt zijn!!’. Toen ik terugschreef dat hij niet zo onwijs hysterisch moest doen was ik dom, begreep ik niets en zou ik nog wel achter de waarheid komen. Hij was geloof ik nr. 187 die ik die dag moest blokkeren op twitter.
Het vrije woord
Het aanvankelijke gevoel van onmacht veranderde al snel in kwaadheid. Het gekerm over de ‘dood’ van het vrije woord (een term waar ik al een schijthekel aan heb) begon me te irriteren. Vooral omdat het gebruikt werd door mensen die vrijheid van meningsuiting opvatten als éénrichtingsverkeer. Hun ‘vrije woord’, niet het vrije woord van de ander. De platitudes volgden elkaar in rap tempo op. Het ging voortdurend over hen nooit over de slachtoffers.
Het gaat nog steeds niet over hen. Het gaat over moslims die allemaal ‘verantwoordelijk’ worden gehouden en gedwongen ‘afstand’ te nemen want anders vertrouwt niemand hen meer. Om voortdurend opvolgende waarschuwingen voor aanslagen. Een Amerikaanse generaal die zegt ‘wen er maar aan. Dit zal nog veel en veel vaker voorkomen’. Terreurwetten die er in rap tempo doorheen geduwd moeten worden. Van twee kanten wordt geprobeerd ons doodsbang te maken. Een angstige bevolking is sneller geneigd zich nog meer af te laten luisteren, te laten bespieden, te verraden…
Monddood
Wie Massa en Macht van Elias Canetti heeft gelezen weet wat de uiteindelijke eindstreep kan zijn. De kracht van de massa kan leiden tot euforie, woede of totale berusting. In de massa verliezen we ons vermogen tot individueel denken. En uiteindelijk zijn wij allemaal, als individu, verantwoordelijk voor welke kant we dit op laten gaan. Hoeveel miljoenen mensen er ook de straat op zullen gaan, ieder zal voor zichzelf de beslissing moeten nemen hoe ze in het leven willen staan. Als angst de massa in zijn greep krijgt, verdwijnt de rede. Het eindpunt is een totalitaire staat waarin niemand meer iets durft te zeggen. Angst is een sluipmoordenaar. Daar wordt handig op in gespeeld. Als we dus stoppen onze eigen hersenen te gebruiken zal de angst ons in de greep krijgen. En maken we uiteindelijk onszelf monddood.
rebecca[at]aichaqandisha.nl