We hebben het al eens eerder gezegd: niemand maakt zulke lekkere broodjes als onze Fadila. Vandaag een zoete appeltraktatie die niet alleen lekker is voor op de ontbijt- en lunchtafel, maar ook ideaal voor onderweg of voor bij de koffie of thee. Is weer eens wat anders dan de koekjestrommel. Of het broodje met jam.
Ingrediënten
4 appels in stukjes
50g suiker
20g boter
1 zakje vanillesuiker
½ theelepel kaneelpoeder
Voor het deeg:
500g bloem
50g suiker
1 ei
50g zachte boter
1 zakje vanillesuiker
2 à 2,5 dl lauwe volle melk
1 theelepel zout
1 eetlepel gedroogde gist
Om de broodjes mee te bestrijken:
1 eidooier met 1 theelepel melk en snufje vanillesuiker
Doe de appels met de suiker, het vanillesuiker, de boter en het kaneelpoeder in een pan en laat het koken tot het zacht is maar nog wel heel (het moet dus geen prakje worden). Laat het dan afkoelen.
Meng de bloem met het suiker, zout, gist en de vanillesuiker. Voeg dan het ei, de boter en melk toe tot je een zacht soepel deeg hebt.
Laat het deeg een uur of langer rijzen tot het verdubbeld is in volume. Kneed het dan nogmaals en verdeel het in twaalf bolletjes van 80g of 10 bolletjes van 100g. Rol ieder bolletje uit…
Bewerk het deeg zoals op de foto…
En…
Vul dan de broodjes…
Vouw ze zo dicht…
En zo…
Verwarm de oven voor op 200 graden. Laat de broodjes dan 20 minuten rijzen en bestrijk ze met het eidooiermengsel.
Bak ze in 20 minuten. En voilà!
Besaha wa raha!
Alle foto’s: © Fadila Bouazza