‘I’m so sorry, could you please change’. We stonden in een lange rij voor ons ontbijt in het indrukwekkende Tokiose Conrad hotel toen een van de medewerksters me vroeg ander schoeisel aan te trekken.
Ik had elegante slippers aan die meer weg hadden van chique sandalen en begreep het probleem niet. Het idee weer naar de kamer te gaan om schoenen met hakjes aan te trekken voor het ontbijt zag ik niet zitten. Dus nee, ik wilde niet naar de kamer voor andere schoenen. Dit was het ontbijt, geen driesterrendiner. Het was vakantie en dan draait het om ontspanning niet om bizarre verzoeken van bediendes.
Dat zie je wel vaker, dat personeel denkt dat je er voor hún plezier en gerief bent en niet andersom. Dat je flink geld neertelt zodat zij jou tot last kunnen zijn.
Verlopen make-up
Om me heen zag ik mensen op slippers, in korte broeken, witte gympen. Kennelijk hoefden zij zich niet aan de luimen van mevrouw te onderwerpen. Ik weigerde en ze was zo gul met haar hand over hart te strijken en het door de vingers te zien. Maar een volgende keer moest ik echt wat anders aantrekken aan mijn voeten. Op onze vraag de selectieve toepassing van deze zogenaamde regel toe te lichten, kwam geen antwoord. Hoe het kon dat we dit niet eerder in het Conrad hadden meegemaakt (dit was ons derde of vierde verblijf) kwam evenmin antwoord.
Kledingvoorschriften voor bij het ontbijt. We hadden het niet eerder meegemaakt. Juist bij het ontbijt laten mensen nogal eens alle egards varen. Zo zagen we eens een man schrokkend aan de ontbijttafel in de badjas van het hotel. Alsof hij net van zijn vrouw was gerold en hongerig de badjas om had gedaan om het ontbijt niet te missen. Zijn vrouw zat er met ongekamd haar naast. De make-up van de dag ervoor verlopen rond de ogen.
Ongehoorzaamheid
De dagen erna was de slipper-nazi niet bij het ontbijt en niemand van haar collega’s die mij, of wie dan ook van de gasten, lastig viel. Tot ik op een dag weer dat stemmetje hoorde met dezelfde vraag en dat zuinige gezicht voor me zag met die samengetrokken lippen alsof ze net een citroen had geproefd.
Als straf voor onze ongehoorzaamheid kregen we een tafel ver van het raam.
We vroegen haar of ze de gasten om ons heen -de een zag eruit alsof hij zojuist een berg had beklommen, een ander alsof ze aan het zwembad lag – ook lastig had gevallen. Dat had ze niet gedaan. Waarom mij er dan steeds uitpikken, dat kon ze niet uitleggen. Ja, iets met kledingvoorschriften; maar dan was het toch raar dat ik met diezelfde sandaaltjes bij de sterrenrestaurants van Joël Robuchon en Narisawa werd verwelkomd en door haar steeds geweigerd.
Japanse beleefdheden
‘I’m so sorry’, is al wat eruit kwam. Met een soort van getergde blik, dat zij het lot en de verantwoordelijkheid van een Hassnae-slippervrije omgeving ook maar nauwelijks aankon.
Nee, het spijt je helemaal niet, beten we haar toe. Als het je speet, hield je je mond, en viel je ons niet lastig, legden we haar uit. Als we ons wilden onderwerpen aan allerlei bizarre regels, boekten we wel een strafkamp. De Japanse beleefdheden lieten we voor deze mevrouw varen. Zij deed haar best eraan vast te houden, maar had er overduidelijk moeite mee. Bij elke s van sorry sliste ze als de slinkse slang die ze was.
Ze droop af en wij besloten toch eens te informeren bij het management, of er wellicht zeer willekeurige regels waren ingevoerd voor bepaalde gasten. De oren van de manager klapperden. Haar oren ook, toen ze uitleg mocht komen geven. Ze was vast heel erg sorry.’
hassnae[at]aichaqandisha.nl