Hoofdzonde 1: ijdelheid

hoofdzonde ijdelheid

Niemandalletjes droeg ze altijd. Hempjes met spaghettibandjes en kant. En een jurkje dat meer weg had van een négligé. Zomer, winter, het maakte niet uit. De borsten mochten niet bedekt net zo min als haar besproete huid.

Vaak zat ze schuin op de tafel, een beetje voorover gebogen, het ene been over het andere terwijl ze constant met haar vingers door haar haren ging. Ze liep ook altijd met haar borsten pront vooruit. En ze had een rookstem. Een beetje hees. Als ze achter haar bureau zat, kwamen de hele dag mannelijke collega’s langs. Wanneer ze niet op haar plek zat, kletsend met haar mannelijke bezoekers, stond ze op het balkon te roken.

Zaadvragende ogen
Werken was voor de armetierige collega’s. Zij had urgenter zaken te doen. Haar kinderen naar zwemmen brengen. Flirten. Door kantoor paraderen. Zich de mannelijke aandacht van middelbare collega’s laten welgevallen. Heel lang lunchen. Alle collega’s afgaan en bijkletsen.

Zo populair als ze bij de mannen was, zo gehaat onder de vrouwen die vol ongeloof moesten toezien hoe ze stelselmatig wegkwam met niets doen behalve dan met haar zaadvragende ogen haar borsten in de neuzen van de gretige mannen duwen.

Die gretigheid verbaasde menig vrouwelijke collega: het négligé jurkje droeg ze bijna dagelijks. Ze wisselde het alleen af met het topje waarvan het bandje steeds afzakte, waardoor ze steeds het bandje goed moest doen, de aandacht op haar borsten en zwarte beha vestigend.

Mevrouw négligé
Dat lichaam was wel oké, gaven haar vrouwelijke collega’s morrend toe, maar dat stro-achtige háár! En die rímpels! Ze konden niet begrijpen dat hun mannelijke wezels, zoals zij ze noemden, niet rechtsomkeert maakten als ze haar door alcohol getekende gezicht zagen.

Mevrouw négligé ontging dit alles. Te druk met mooi en begeerlijk zijn.

Op een dag had ze vorstelijk beet. Op een feestje van een goede kennis, had ze een beroemde acteur ontmoet. Die acteur, berucht om zijn loopse karakter, had wel zin in haar. En zij in hem.

Ze liet zich meeslepen en veranderde subiet van filiaal om dichterbij haar nieuwe vlam te zijn.

Escapade
‘Hij stuurde een woeste mail naar hem en zijn vrouw en zei dat hij uit mijn buurt moest blijven. Echt zo flauw. Hij heeft zo vaak andere vrouwen en daar zeg ik niks van en nu had ik eindelijk wat, doet hij zo.’

De oren van haar vrouwelijke ex-collega’s waren gespitst. Négligé was weer even op kantoor om haar hart te luchten bij een van de weinig bevriende vrouwelijke collega’s. Haar man was achter haar escapade gekomen en had heibel geschopt. Weg beroemde wip.

En weg was ook haar oude plek. Ze wilde graag terugkomen. Had spijt van de overstap. Hoe hard haar mannelijke collega’s ook probeerden haar terug te krijgen, de vrouwen die er over gingen, vormden een blok en weigerden toe te geven. Ze hadden een betere kandidaat.

Dit is deel twee in een reeks over de zeven hoofdzonden. Lees hier deel 1.

hassnaesignature

hassnae[at]aichaqandisha.nl